In deze lezing wordt ingegaan op de Hollandse cultuur van de 18de eeuw. Hoewel dit tijdvak vaak in de schaduw van onze Gouden Eeuw wordt gezien, was het een uitermate boeiende periode. We besteden zowel aandacht aan de beeldende kunsten als aan de architectuur in deze eeuw van de Verlichting. Eind 17de eeuw wordt de invloed van Frankrijk op het culturele leven in ons land steeds groter. Dit uit zich in de klassieke Lodewijk XIV-stijl van de Hugenoot Daniël Marot en daarna in de galante Rococo. In zijn humoristische pastels neemt Cornelis Troost de levenswijze van de regenten op de hak. De schrijver Justus van Effen introduceert de Hollandse Spectator in ons land. In Amsterdam en ’s-Gravenhage verrijzen fraaie huizen die werden voorzien van rijk beschilderde behangsels en werden gedecoreerd met uitbundig stucwerk. Geschilderde en getekende stads- en dorpsgezichten van onder andere Cornelis Pronk worden verzameld in een zogenaamde “atlas”. Onder invloed van opgravingen zoals die van Pompeji ontstaat na de Rococo de Lodewijk XVI-stijl. het tijdvak eindigt met de komst van de Bataafse Republiek.