De middeleeuwse kloosterschuur heeft een lange traditie in West-Europa. Met name in Frankrijk en Engeland zijn honderden van deze bouwwerken bewaard gebleven. Deze indrukwekkende schuren kenmerken zich over het algemeen door een houten frame, dat een reusachtig dak ondersteunt.
Vanaf de zestiende eeuw werd deze bouwwijze bij eenvoudige boerderijen toegepast. Dat gebeurde niet alleen in Friesland, Groningen en Zeeland, maar ook in Noord-Holland, waar de stolpboerderij werd ontworpen. Aan de hand van beeldmateriaal wordt duidelijk gemaakt dat middeleeuwse gebouwen hiervoor model stonden. Hollandse landverhuizers zorgden er bovendien voor dat deze bouwwijze in Noord-Duitsland werd geïntroduceerd.